→ Rzeczywiście → Start Learning / Download MP3 Flashcards

Question		Answer
rzeczywiście start learning		inderdaad
niestety start learning		helaas
natychmiast start learning		onmiddellijk
zostawiłem start learning		ik verliet
zamiast start learning		in plaats daarvan
kwiaty są źle posortowane start learning		de bloemen zijn slecht gesorteerd
to zamowienie jest na dzisiaj? start learning		is de bestelling voor vandaag?
cel start learning		doel
ilość start learning		nummer
szybciej start learning		sneller
na bandach są tylko zielone kwiaty start learning		er zijn alleen groene bloemen op de bands
dziewczyny przywoza tutaj start learning		importeer meisjes hier
zawieźć to do Kingi? start learning		Breng het naar Kinga?
położyłam. położę start learning		Ik zette. Ik zal zetten
posprzatalam start learning		Ik schoongemaakt
cały czas jadą start learning		ze gaan de hele tijd
tutaj nie ma kwiatów start learning		hier zijn geen bloemen
pomogę ci start learning		Ik zal je helpen
jestem zajęta start learning		Ik ben bezig
nawet start learning		zelfs
prawie start learning		bijna
kilka start learning		sommige
chociaż start learning		hoewel
mniej start learning		minder
nigdy start learning		nooit
ostatni start learning		laatste
każdy start learning		elk
daleko start learning		ver
za 10minut przyjedzie nowy stół start learning		een nieuwe tafel komt voor 10 minuten aan
przyniesiesz mi? start learning		Wil je me brengen?
już nie mam siły do tych kwiatów start learning		Ik heb niet meer de kracht voor deze bloemen
strona start learning		pagina
ale start learning		maar
w start learning		in
co może robić Kasia? tam są puste bandy start learning		Wat kan Kasia doen? er zijn lege bands
potrzebuję kilka kwiatów start learning		Ik heb een paar bloemen nodig
jak start learning		als
pytałam pytam, zapytam start learning		Ik vroeg, ik vraag het, ik zal het vragen
same 6plus start learning		dezelfde 6plus
przez start learning		door
tam start learning		er
pół bandy mam start learning		Ik heb een halve band
wymieszane start learning		gemengd
jaki rozmiar ma być? start learning		welke maat zou het moeten zijn?
wszystko start learning		alle
Kasia źle się czuje start learning		Kasia voelt zich niet goed
ona chce jechać do domu start learning		ze wil naar huis
musisz zadzwonić po transport start learning		je moet bellen voor transport
jakie mają być? start learning		wat zouden ze zijn?
jaki rozmiar ma być? start learning		welke maat zou het moeten zijn?
skończyły się kwiaty start learning		de bloemen zijn voorbij
musisz przywieźć kwiaty start learning		Je moet bloemen meenemen
musisz przywieźć folię start learning		je moet de folie meenemen
przyjdź później start learning		kom later
ja to wszystko wiem start learning		Ik weet het allemaal
znam i rozumiem zamówienia start learning		Ik ken en begrijp bestellingen
powtórz start learning		herhaling
zaraz to zrobię start learning		Ik zal het snel doen
znowu? start learning		alweer?
smakuje? start learning		smaken?
jest za dużo tego start learning		er is teveel van
myślę że tak start learning		Ik denk van wel
wywiozlem start learning		geëxporteerd
pytałam, zapytam, pytam start learning		Ik vroeg, ik zal het vragen, vraag ik
zrobiłam już start learning		Ik deed het al
posłuchaj start learning		luisteren
gdzie ja mam iść? start learning		waar moet ik heen?

rzeczywiście

You must sign in to write a comment

More