→ Les 2 Part 1 → Start Learning / Download MP3 Flashcards

start learning

Question		Answer
tussen aanhalingstekens Je moet het tussen aanhalingstekens zetten start learning		w cudzysłowie musisz to wziąć w cudzysłów
Lekker weertje, he? start learning		Super pogoda!
Tjonge, wat is het heet! start learning		Ale upał!
benauwd weer Het is wel benauwd vandaag start learning		duszna/parna pogoda Ale dziś parno/duszno
muf start learning		duszno (w pomieszczeniu)
het benauwd hebben start learning		mieć stracha
De zon schijnt = het is zonnig weer start learning		Jest pogodnie
Het regent dat het giet start learning		Leje jak z cebra
De regen komt met bakken uit de hemel start learning		Leje jak z cebra
Het is bloedheet/snikheet start learning		Jest strasznie gorąco (upał)
Het hagelt start learning		Pada grad
Het dooit vandaag start learning		Dzisiaj jest odwilż
Het vriest vandaag start learning		Dzisiaj jest mróz
Het ijzelt (de ijzel) start learning		szron/gołoledź
Het onweert (het onweer) start learning		burza z piorunami
de bui = regenbui, stortbui = plensbui, onweersbui = donderbui start learning		ulewa
de bui ze heeft vandaag een kwade / goede / vrolijke bui start learning		nastrój, humor jest dziś w złym / dobrym / wesołym nastroju
de sneeuwbank start learning		zaspa

Les 2 part 1