Kamer

 0    15 flashcards    wiktoriagwizdala2
download mp3 print play test yourself
 
Question Answer
onmiddelijk
start learning
natychmiast
vuil
start learning
brudny
dat hoeft niet + te
Dat hoeft niet helemaal donker te zijn
start learning
nie musi
To nie musi być całkowicie ciemne
aanraken
Maar die ga je niet elke dag aanraken
start learning
dotykać
Ale nie dotykasz ich codziennie
het vloerkleed
start learning
dywan
grauw
start learning
szaro, ponuro
doe maar niet zo gek
start learning
nie wygłupiaj się
het bureau
start learning
biuro, biurko
het fornuis
Het fornuis is weer kapot gegaan
start learning
kuchenka
Kuchenka znowu się zepsuła
het bijzettafeltje
start learning
het bijzettafeltje in Dutch
stolik do kawy
tussen
start learning
między
naast
start learning
obok
de ladekast
Ik bewaar mijn cosmetica in de ladekast
start learning
komoda
Trzymam swoje kosmetyki w komodzie
de doos
Ik denk dat de doos daar moet blijven staan
start learning
pudełko
Myślę że łóżko nadal musi tam stać
de vuilnisbak
Waar staat de vuilnisbak?
start learning
Śmietnik
Gdzie stoi kosz na śmieci?

You must sign in to write a comment