Spazio - De ruimte

 0    31 flashcards    VocApp
download mp3 print play test yourself
 
Question Answer
ospedale
L'ambulanza li portò in ospedale.
start learning
het ziekenhuis
De ambulance heeft hen naar een ziekenhuis gebracht.
stazione
Dov'è la stazione?
start learning
het station
Waar is het station?
teatro
I biglietti per il teatro sono costosi.
start learning
het theater
Theaterkaartjes zijn duur.
bagno
Devo andare in bagno.
start learning
het toilet
Ik moet naar het toilet.
su
C'è una lampada sul tavolo.
start learning
op
Er staat een lamp op de tafel.
centro
Ci vediamo in centro.
start learning
het stadscentrum
We ontmoeten mekaar in het stadscentrum.
di fronte a
C'è una piscina di fronte all'hotel.
start learning
voor
Er is een zwembad voor het hotel.
+24 flashcards
The lesson is part of the course
"Olandese: giorno 2"
(total 319 flashcards)

Try the course for free

You must sign in to write a comment