latijn les 27

 0    20 flashcards    lhilhorst
print play test yourself
 
Question - Answer -
tremere
start learning
trillen, beven
nonnulli, -ae, -a
start learning
1. sommige 2. sommigen
frequens, frequent-
start learning
herhaaldelijk
regio, regiones
start learning
streek, gebied
Iovis
start learning
gen van Jupiter
delēre
start learning
vernielen
vetus, veter-
start learning
oud
rui
start learning
pf van ruere (= 1. zich haasten 2. neerstorten, instorten)
ruere
start learning
1. zich haasten 2. neerstorten, instorten
unde
start learning
waarvandaan
anxius, -a, -um
start learning
angstig, bezorgd
nescire
start learning
niet weten
necesse est
start learning
het is nodig
quisque
start learning
iedereen
rapui
start learning
pf van rapere (=1. roven 2. grijpen)
rapere
start learning
1. roven 2. grijpen
post
start learning
1. (+acc) achter, na 2. (bijw) later
vehemens, vehement-
start learning
hevig, krachtig
coegi
start learning
pf van cogere (=1. bijeenbrengen 2. dwingen)
cogere
start learning
1. bijeenbrengen 2. dwingen

You must sign in to write a comment