→ Czasowniki → Start Learning / Download MP3 Flashcards

Question		Answer
een dutje doen start learning		zdrzemnąć się
langskomen Kom je vanavond even langs start learning		wpadac z wizyta wpadniesz dzis wieczorem?
verstrekken, verlenen, toekennen (regelmatig) de docter verleende eerste hulp voor pantient start learning		zapewniac, udzielac, przyznawac (regularna) lekarz udzielil pomocy pacjentowi
uitmonden in De ruzie mondde uit in een vechtpartij start learning		doprowadzic do, konczyc sie czym klotnia doprowadzla do bojki
waarmaken Als je iets belooft, maak het waar start learning		spelnic(przyrzeczenie), dotrzymac(slowa jesli cos oniecujesz, dotrzymaj slowa
meevallen, viel/ vielen mee, meegevallen start learning		lepiej niż oczekiwano, lepiej niż oczekiwano, lepiej niż oczekiwano
valt het mee, nu je er woont? ja eingelijk wel start learning		czy jest wporzadku odkad tam mieszkasz?, że tam mieszkasz? tak, właściwie tak jest
verstandig start learning		rozsądny
hoe was de tandarst? Het viel mee start learning		Jak było u dentysty? Nie bylo tak zle
opschieten met iemand ik schiet goed op met mij klanten. start learning		dogadywac sie z kims dogaduje sie dobrze z klientami
We schoten niet zo goed op met elkaar vroeger. start learning		wczesniej nie dogadywaliamy sie dobrze
overstijgen het resultaat oversteeg mijn verwachtingen start learning		przekroczyć wynik przerosl moje oczekiwania
instorten toen hij de diagnose hoorde, stortte hij in start learning		zawalić się/ zalamac sie kiedy uslyszal diagnoze, zalam sie
dit gebouw stortte in na de storm start learning		ten budynek zawalił się po burzy
betrouwbaar start learning		niezawodny
zich haaste Ik moet me haasten, ik ben te laat. start learning		spieszyc sie Muszę się spieszyć, jestem spóźniony.
tegenvallen het weer valt tegen vadnaag start learning		zawieść kogoś, rozczarować, wypasc gorzej niz oczekiwano Pogida dzis rozczarowuje
boffen je boft, je moet morgen niet naar werk te gaan start learning		miec szczescie Masz szczescie nie musisz isc jutro do pracy
eigenwijs start learning		uparty
afspreken met Als we afspreken, praten we dan start learning		spotkać się z Jak sie spotkamy to pogadamy
injecteren start learning		wstrzykiwać
diagnosticeren start learning		zdiagnozowac
wegvallen Een deel van onze inkomsten is weggevallen start learning		odpadać czesc z naszych dochodow zniknela
aanhalen In zijn toespraak haalde hij een onderzoek van de universiteit aan. start learning		cytowac, przytoczyc W swoim przemówieniu przytoczył badanie uniwersytetu
Onterecht geviseerd Hij voelt zich onterecht geviseerd door de media start learning		Nieslusznie oskarzony czuje sie nieslusznie oskarzony przez media
goede band hebben ik heb geen goede band met het team start learning		mieć dobra relacne Nie mam dobrej relacji z druzyna
allerei Ze verkoopt allerlei soorten kleding start learning		wszystkie rodzaje on sprzedaje rozne rodzaje ciuchow
betrokken De personen betrokken bij deze zaak worden geïnformeerd start learning		zaagnażowany, dotyczacy kogos osoby zaangazowane w ta sprawe zostana poinformowane
rechtstreeks Hij komt rechtstreeks van zijn werk start learning		bezpośrednio On przychodzi prosto z pracy
zich begeven Hij begaf zich naar de uitgang start learning		udac sie, przemieszczac sie on udal sie do wejscia
alles in het werk te stellen We zullen alles in het werk stellen om het probleem op te lossen. start learning		dołożyć wszelkich starań Dolozymy wszelkich stara aby rozwiazac problem
beschikken over Hij beschikt over veel ervaring start learning		dyslonowac, miec do dyspozycji on dysponuje duzym doswiadczeni
vermoeden Ik vermoed dat hij te laat komt. start learning		podejrzewac, domyslac sie Podejrzewam ze przyjdzie za pozno
aannemen, neem aan, namen aan, nam aan, hebben aangenomen Ik neem aan dat je gelijk hebt start learning		zakladac, przyjmowac zakladam ze masz racje
overleggen Laten we even overleggen voor we beslissen. start learning		Omawiać, naradzac sie Naradzmy sie zanim podejmiemy decyzje
aankunnen - kon aan - konden aan - h aangekund Ik kan deze taak wel aan start learning		radzic sobie poradze sobie z tym zadaniem
ingrijpen/ geep in/ ingegrepen De politie greep in toen het conflict escaleerde. start learning		interweniować policja zainterniowala kiedy conflict ekskalowac
welzijn start learning		dobre samopoczucie
letterlijk start learning		dosłownie
handig start learning		przydatny
bepalen We moeten de prijs bepalen start learning		ustalić musimy ustalic cene
volhouden/ volgehouden/ hield vol Ik kon hun misbruik niet volhouden start learning		wytrwac, wytrzymac nie moglem zniesc ich naduzyc
zich gedragen Je kunt je niet zo gedragen. Wees beleefd start learning		zachowywać się nie mozesz sie tak zachowywac. badz uprzejmy
bestrijden De overheid bestrijdt criminaliteit start learning		zwlaczac rzad zwalcza kryminalnosc
kwetsbaar Dit systeem is kwetsbaar voor aanvallen. start learning		wrażliwy ten system jest podatny na ataki
weefsel start learning		tkanka
veelbelovend Dat was een veelbelovende start. start learning		obiecujący To byl obiecujacy start
de eigenschappen Deze thee heeft gezonde eigenschappen start learning		właściwości ta herbata ma zdrowe wlasciwosci
regenachtig In de herfst is het vaak regenachtig en koud. start learning		deszczowy w jesien jest czesto deszczowo i zimno
terechtkomen Na de ruzie kwam hij uiteindelijk bij zijn ouders terecht start learning		trafić gdzieś, wylądować gdzieś po klotni w koncu wyladowal u rodzicow
bevroren Ik eet graag bevroren fruit start learning		mrożony lubie jesc mrozone owoce
belanden (zijn) We zijn in een rare situatie beland start learning		wpaść gdzieś, skończyć gdzieś wpadlismy w dziwna sytuacja
omkomen hij is omgekomen in bij het ongeval start learning		zginąć tragicznie(np. w wypadku) Zginal w wypadku
beschadigen De storm heeft het dak beschadigd start learning		uszkodzić Burza uszkodzila dach
Het dak is afgewaaid start learning		Dach został zerwany
vaststellen Wanneer is de vergadering? We moeten de tijd nog vaststellen start learning		ustalac kiedy kest spotkanie? musimy to jeszcze ustalic
afdingen Ik probeer altijd af te dingen op de markt start learning		targować się zawsze probuje targowac sie na targu
toestemming start learning		pozwolenie
voorwaarde op voorwaarde dat start learning		warunek pod warunkiem ze
nep start learning		podrobka
ezel start learning		osioł
begeleiden De mentor begeleidt de nieuwe studenten start learning		towarzyszyć, prowadzic(np. ucznia), wspierac opiekun wspiera nowych uczniow
blijken Het bleek een vergissing te zijn. start learning		okazać się to okazalo sie pomylka
uitvallen De motor viel uit tijdens het rijden. start learning		przestac dzialac silnik przestal dzialac podczas jazdy
uitvallen Zijn tand is uitgevallen. start learning		wypasc wypadl mu zab
uitvallen De wifi is uitgevallen. start learning		przestac dzialac wifi przestalo dzialac
overnachten Tijdens de reis hebben we in een tent overnacht. start learning		nocowac podczas podrozny nocowalismy w namiocie
omboeken We hebben het hotel omgeboekt naar een andere datum start learning		przebookowac przebookowalismy nasz hotel ma inna date
zich neerleggen Je moet je neerleggen bij de beslissing van de rechter. start learning		pogodzic sie z czyms Musisz pogodzic sie z decyzja sadu
voldoen aan bepaalde voorwaarden Deze woning voldoet niet aan de gestelde voorwaarden. start learning		spełniać pewne warunki ten dom nie spelnia postawionych warunkow
onbedoeld Het was een onbedoelde fout start learning		nieumyslny to byl nieumyslny blad
waarvan Het boek waarvan ik de titel niet ken start learning		z czego, o czym, ktorego. Ksiazka ktorej tytulu nie znam
waarvoor De reden waarvoor hij kwam is onbekend. start learning		do czego, na co Powod dla ktorego on przyszedl jest nie znany
waaruit De doos waaruit ik het pakte is kapot start learning		z którego, czego Pudelko z ktorego to wyjalem jest zepsute
gebrek aan vertrouwen start learning		brak zaufania
akkoord gaan met iets Ze ging akkoord met het huren van een appartement voor ons. start learning		zgodzić się na coś zgodzila sie wynajac dla nas apartament
opzoeken start learning		spojrzeć w górę
opendraaien (sheidbare) Kun je de kraan opendraaien? start learning		odkrecac (rozdzielny) czy mozesz odkrecic kran
zich verslapen Hij versliep zich en miste de trein start learning		zaspac on zaspal i przegapil pociag
doornemen Ik moet mijn aantekeningen nog doornemen voor het examen. start learning		przejrzeć, przeczytać uważnie, omówić (np. materiał, dokumenty, lekcję) musze jeszcze przejrzec moje notatki przed egzamin
blijkbaar Hij is blijkbaar vergeten dat we een afspraak hadden. start learning		najwyraźniej, widocznie, jak widać On najwyraznien zapomnial ze mielismy spotkanie
afgaan Het brandalarm ging ineens af. start learning		wlaczyc sie (np. budzik, alarm) nagle wlaczyl sie alarm
op tijd zijn (bijvoorbeeld voor een vergadering, bus) Als je je haast, haal je de bus nog. start learning		zdazyc (np na spotkanie, autobus) jesli sie pospieszysz, zdazysz na autobus
inschatten Het is moeilijk om het risico in te schatten. start learning		szacować Jest mozliwe aby oszacowac ryzyko
het tumult Het publiek veroorzaakte veel tumult tijdens de wedstrijd. start learning		zamieszanie Publika wywolala duzo zamieszania podczas meczu
het domein start learning		Domena, posiadlosc
de begeleiding, Ze biedt begeleiding aan mensen met een beperking. start learning		wskazówki, wsparcie ona oferuje wsparcie dla ludzi z niepelnosprawnoscia
zich misdragen Je moet je niet misdragen tijdens het feest. start learning		źle się zachowywać nie powinienes sie zle zachowywac podczas imprezy
verrijken Hij probeert zich te verrijken door belasting te ontduiken start learning		wzbogacać probuje sie wzbogacic przez unikanie podatkow
de genezing De genezing van de wond duurt langer dan verwacht. start learning		gojenie, proces leczenia Gojenie sie rany trwa dluzej niz oczekiwano
een knoop doorhakken Ik twijfelde lang over mijn job, maar gisteren heb ik de knoop doorgehakt: ik neem ontslag. start learning		podjac trudna decyzje Dlugo sie wahalem co do pracy, ale wczoraj podjalem decyzje: odchodze
ontslag nemen start learning		rezygnować z pracy
ontslag krijgen Hij heeft vorige week ontslag gekregen. start learning		zostać zwolnionym on zostal zwolniony w zeszlyl tygodniu
overdrijven/ overdreef/ overdreven Overdrijf niet, zo erg is het niet. start learning		przesadzać/ nie przesadzaj, nie jest az tak zle
stemming start learning		nastrój
zelden start learning		rzadko
het is waardevol om met iemand af te spreken start learning		warto spotkać się z kimś
helpen bij het opbouwen van diepere relaties start learning		pomóc budować głębsze relacje
Wat er om ons heen gebeurt start learning		Co dzieje się wokół nas
Als ik niet naar mijn werk hoefde te pendelen, zou ik mijn auto verkopen. start learning		Gdybym nie musiał dojeżdżać do pracy, sprzedałbym swój samochód.
het verwijderen start learning		usunięcie
de vrije meningsuiting start learning		wolność słowa
bekritiseren Het beleid van de regering wordt vaak bekritiseerd. start learning		krytykować polityka rzadu jest czesto krytykowana
verslag doen van Kun je verslag doen van de vergadering? start learning		informować o, relacjonować czy mozesz zdac relacja co bylo na spotkaniu?
de vervuiling start learning		zanieczyszczenie
afvalscheiding start learning		segregacja odpadów
de CO2-uitstoot start learning		emisje CO2
vervuilen De fabriek vervuilt het water in de rivier. start learning		zanieczyszczać fabryka zanieczyszcza wode w rzecze
doneren Zij doneren geld aan een goed doel. start learning		podarować Oni przekazuja pieniadze na cele charytatywne
de vrijheid start learning		wolność
het misverstand start learning		Nieporozumienie
de woede start learning		Gniew
misgaan Alles ging mis tijdens het project. start learning		poszło źle wszystko poszlo zle podczas projectu
uitzenden Die zender zendt elke avond een nieuwsprogramma uit. start learning		nadawać ta stacja nadaje co wieczor program informacyjny
aanzienlijk Er is een aanzienlijke verbetering in zijn gezondheid. start learning		znaczący jest znaczaca poprawa w jego stanie zdrowia
opvallen Die rode jas valt echt op. start learning		wyróżniać się ten czerwony plaszcz bardzo rzuca sie w oczy
onderdrukken Hij probeerde zijn woede te onderdrukken start learning		stłumić, powstrzymać On probowal stlumic swoja zlosc
betreffen Dit betreft de hele samenleving start learning		dotyczyc to dotyczy calego spoleczenstwa
doormaken We maken moelijke tijden door start learning		przechodzic przez(np. trudny okres) Przechodzimy trudny czas
vernemen/vernamen/hebben vernomen Ik heb vernomen dat hij ontslag nam. start learning		dowiadywac sie Dowiedzialem sie ze on sie zwolnil
omgaan met Hij kan goed omgaan met stress. start learning		obchodzic sie radzic sobie On dobrze radzis sobie ze stresem
Kun je tegen stress? start learning		Czy potrafisz sobie radzić ze stresem?
Ze kan niet tegen kritiek. start learning		Nie potrafi sobie poradzić z krytyką.
Hij kan niet tegen zijn verlies. start learning		Nie znosi przegrywać.
stoort het je start learning		przeszkadza Ci to?
Is dat onderdeel al binnengekomen? start learning		Czy ta część już dotarła?
binnenkomen Het pakketje is net binnengekomen start learning		docierac paczka wlasnie dotarla
Als het pakketje al binnen is gekomen, mag ik het uitpakken? start learning		Czy mogę rozpakować przesyłkę, jeśli już dotarła?
erin sukkelen Ik ben er zomaar ingesukkeld zonder het te beseffen. start learning		wplatac sie w cos przypadkiem wplatalem sie w to zupelnie nieswiadomie
inschakkelen, De machine is ingeschakeld start learning		włączać maszyna jest wlaczona
inschakelen De politie werd ingeschakeld. start learning		zaangazowac kogos Policja zostala zaangazowana
De technicus werd ingeschakeld om het probleem op te lossen. start learning		technik zostal zaangazowany do rozwiazania problemu
klaarlichte dag start learning		jasny dzień
vastzetten De verdachte werd vastgezet in de cel. start learning		aresztowac, przymocowac podejrzany zostal osadzony w celi
Zet de lading goed vast in de vrachtwagen. start learning		Zabezpiecz ładunek prawidłowo w ciężarówce.
de leugen start learning		kłamstwo
doorprikken Ze doorprikte zijn leugens snel. start learning		przebić, demaskowac klamstwo Ona szybko zdemaskowala jego klamstwa
wetens en willens Hij heeft wetens en willens gelogen start learning		świadomie i celowo On sklamal swiadomie i z premedytacja
Hij heeft een rechtszaak start learning		Ma sprawe w sadzie
Hij is beschuldig van fraude start learning		Został oskarżony o oszustwo
Samenspannen (scheidbare) Ze hebben tegen mij samengespannen start learning		spiskowac (rozdzielny) zmowili sie przeciwko mnie
beraamden Het was een zorgvuldig beraamde aanval start learning		planowany to byl starannie zaplanowany atak
het hoederecht over kinderen start learning		opieka nad dziećmi
inhouden Ze probeerde haar woede in te houden. start learning		postrzymac sie ona probowala powstrzymac zlosc
inhouden Wat houdt dit plan precies in? start learning		zawierać/obejmować co dokladnie zawiera ten plan
Dit plan houdt deze optie niet in start learning		Ten plan nie obejmuje tej opcji
Je kunt gedood worden. start learning		Możesz zostac zabity.
Je zou gedood kunnen worden. start learning		Moglbys zostac zabity(przypuszczenie)
volstrekt start learning		absolutnie
overkomen Er is me gisteren iets bizars overkomen start learning		przydarzyć się wczoraj przydarzylo mi sie cos dziwnego
evenals hij is even groot als ik start learning		tak jak on jest tak wysoki jak ja
tamelijk De prijs is tamelijk hoo start learning		dość cena jest calkiem wysoka
enigszins start learning		nieco
meteen start learning		natychmiast
overkomen (in dit geval scheidbaar) Hoe kwam ik over tijdens de presentatie? start learning		sprawiac wrazenie/ prezentowac sie jak wypadlem podczas prezentacji?
Hij komt vriendelijk over. start learning		Wydaje się być przyjazny.
ik heb wat tijd nodig start learning		potrzebuję trochę czasu
vermoeden Je kan vermoeden hoe dat geëindigd is start learning		domyslac sie, podejrzewac mozesz sie domyslic jak to sie skonczylo
jammer start learning		szkoda
De oorlog heeft veel families getroffen start learning		Wojna dotknęła wiele rodzin
ontstaan Het probleem is ontstaan tijdens de vergadering. start learning		pojawic sie, zaistniec, narodzic sie(np plan) problem narodzil sie podczas spotkania
De stad is ontstaan in de middeleeuwen start learning		Miasto powstało w średniowieczu
Ik zie/beschouw dit als een kans. start learning		Widzę/ postrzegam to jako szansę.
Zij beschouwen hem als een expert. start learning		postrzegaja go za eksperta.
doorzettingsvermogen Met genoeg doorzettingsvermogen kun je je doelen bereiken. start learning		wytrwałość z wystarczajaca determinacja mozesz osiagnac swoje cele
Ze bewonderen zijn doorzettingsvermogen ondanks de tegenslagen. start learning		Podziwiają jego wytrwałość pomimo niepowodzeń.
Ze is natuurlijk begaafd met een sterk geheugen. start learning		on ma nautalny talent, do dobrej pamieci
volhardend Je moet volhardend zijn start learning		trwały, wytrwaly, wytrzymaly Musisz byc wytrwaly
Je moet doorzetten start learning		Musisz wytrwać
ondanks Ondanks haar vermoeidheid bleef ze werken. start learning		pomimo pomimo zmeczenia pracowala dalen
medeplichting Hij was medeplichtig aan de overval. start learning		współudział byl wspolwinny w napadzie
zomaar Hij kwam zomaar binnen zonder te kloppen. start learning		tak sobie, tak ot tak on wszedl tak sobie, bez pukania
nieuwsgierig start learning		ciekawski
Buiten het bestek vallen Het onderhoud van de lift valt buiten het bestek van deze renovatie. start learning		Poza zakresem Konsereacja windy nie jest objeta tym remontem
overnemen Hij heeft het bedrijf van zijn vader overgenomen. start learning		przejąć on przejal firme po ojcu
opvallen Ze viel op door haar vriendelijke glimlach. start learning		zwracac uwage na zwracala uwage swoim usmiechem
vergoeding Ik krijg een vergoeding voor de gemaakte reiskosten. start learning		odszkodowanie, zwrot kosztów dostaje zwrot kosztow podrzy
De verzekeraar betaalt de schadevergoeding bij schade. start learning		Ubezpieczyciel wypłaca odszkodowanie w razie szkody.
verhouding De verhouding suiker tot water is 1 op 4. start learning		stosunek stosunek cukru do wody to 1 do 4
het draait om start learning		chodzi o
Contract in strijd met wetgeving start learning		Umowa sprzeczna z prawem
voorleggen Ik leg het voorstel voor start learning		przedstawic, przekazac do rozpatrzenia przedstawiam propozycje
Het voorstel is aan de commissie voorgelegd. start learning		Wniosek został przedstawiony Komisji.
het verleden Hij praat nooit over zijn verleden start learning		przeszłość On nigdy nie gada o swojej przyszlosci
De wereld zakte weg onder mijn voeten. start learning		Świat zniknął mi spod stóp.
verpesten Je hebt de hele sfeer verpest. start learning		zepsuc emocjonalnie np atmosfere zepsules cala atmosfere
gaan onderdoor aan iets Je kunt blijven doen alsof alles goed gaat, maar ga je er toch aan onderdoor. start learning		zalamac sie z powodu czegos mozesz dalej udawac ze wszystko jest dobrze, ale i tak cie to wykoczy
dankzji hem start learning		dzięki niemu
vermoeiend Het was een vermoeiende dag op het werk. start learning		wyczerpujący, meczacy to byl wyczeprujacy dzien w pracy
sociale onthouding start learning		dystans społeczny
op een verantwoorde manier start learning		w sposób odpowiedzialny
Wat vroeg hij? start learning		O co pytał?
Waar vroeg hij naar? → Jeśli chodzi o konkret start learning		O co prosił? → Jeśli chodzi o konkret
schrappen We moeten dit punt uit het verslag schrappen start learning		wykreslic musimy wykreslic ten punkt z raportu
Ze hadden jarenlang een geheime verhouding. start learning		Przez lata prowadzili sekretny romans.
zich bewust worden van iets Ze werd zich bewust van haar fouten tijdens het examen start learning		uświadomić sobie coś Zdala sobie sprawe ze swoich bledow podczas egzaminu
ten hoogste in kan ten hoogste 2 dagen blijven start learning		najwyżej moge zostac co najwyzej 2 dni
hoog spanning start learning		Wysokie napięcie
hoogmoedig Een hoogmoedig persoon denkt dat hij altijd gelijk heeft. start learning		zarozumialy, nadety zarozumiala osoby mysli ze zawsze ma racje
hoofd breken over iets Je hoeft je hoofd er niet over te breken, ik help je wel. start learning		łamać sobie nad czymś głowę nie musisz sobie z tym lamac glowy, pomoge ci
excursie, het uitje We maken een gezellig uitje met vrienden. start learning		wycieczka, wypad, wyjdcie robiny fajny wypad z przyjaciolmi
de rommel Wat een rommel hier! start learning		bałagan co za balagan tutaj
de moeite waard Dat museum is echt de moeite waard. start learning		wart wysiłku/ zachodu To muzeum jest warte odwiedzenia
het gedoe Wat een gedoe was dat! start learning		problem, zamieszanie co za zamieszanie tam bylo
de gewoonte Het is een slechte gewoonte. start learning		zwyczaj, przyzwyczajenie to jest zle przyzwyczajenie
bezig zijn met Ik ben bezig met koken. start learning		być zajętym jestem zajety gotowaniem
klaarmaken Ik maak het avondeten klaar. start learning		przygotować przygotowuje kolacje
tegenhouden Niemand kon hem tegenhouden. start learning		powstrzymac, zatrzymac(np. kogos) nikt nie mogl go powstzrymac
Voorlopig kan het zo blijven. start learning		Na razie może tak zostać.
De verdachte werd voorgeleid aan de onderzoeksrechter. start learning		Podejrzanego postawiono przed sędzią śledczym.
voorgeleid (bijv. naar de boomgaard) start learning		doprowadzony
Hij beweert dat hij niets fout heeft gedaan. start learning		Twierdzi, że nie zrobił nic złego.
moedig deze jongen is echt moedig start learning		odważny ten chlopiec jest naprawde odwazny
oneerlijk start learning		niesprawiedliwy
failliet gaan Het bedrijf is failliet gegaan. start learning		zbankrutować ta firma zbankrutowala
dit meisje is verlegen start learning		ta dziewczyna jest nieśmiała
overweldigd Ik voel me overweldigd door emoties start learning		przytłoczony czuje sie przytloczony przez emocje
bewustwording te vergroten start learning		podnieść świadomość
vergemakkelijken Nieuwe technologieën vergemakkelijken ons dagelijks leven. start learning		ulatwiac nowe technologie ulatwiaja nasze codzienne zycie
losmaken(scheidbaar Hij probeert de schroef los te maken. start learning		odłączyć, rozloaczyc (rozłączny) On probuje poluzowac srube
de noodzaak start learning		konieczność, potrzeba
het bewustzijn start learning		swiadomosc
Foltering Psychische foltering kan net zo schadelijk zijn als fysieke pijn. start learning		Torturować, znecanie sie Psychiczne znecanie sie moze byc rownie szkodliwe jak bol fizyczny
Dat loont niet echt start learning		To się naprawdę nie opłaca
werving Ze zijn bezig met de werving van vrijwilligers voor het evenement. start learning		rekrutacja Oni zajmują się rekrutacją wolontariuszy na wydarzenie.
postzegel start learning		pieczęć
begaafd start learning		utalentowany
krijt start learning		kreda
gedenkwaardig Het was een gedenkwaardige dag start learning		niezapomniany To byl pamietny dzien
Alles loopt volgens plan start learning		Wszystko idzie zgodnie z planem
zich houden aan Je moet je houden aan de regels. start learning		przestrzegać, dotrzymac musisz przestrzegac zasad
Hij houdt zich nooit aan de afspraken. start learning		Nigdy nie dotrzymuje umów.
verwaarlozing Verwaarlozing van de gezondheid kan leiden tot ernstige problemen. start learning		zaniedbanie Zaniedbanie zdrowia moze prowadzic do powaznych problemow
stoutmoedig start learning		pogrubienie
iets goed beheersen Je moet deze software goed beheersen om hier te kunnen werken. start learning		dobrze coś opanować Musisz dobrze opanowac te oprogramowanie aby moc tu pracowac
handen vol hebben aan iets We hebben onze handen vol aan dit project. start learning		mieć pełne ręce roboty z czymś mamy rece pelne roboty przy tym projekcie
het redden ik red het wel start learning		poradzic sobie poradze sobie
verdragen Ik kan niet de pijn verdragen start learning		znieść
Hij kwam er glad uit, zonder straf. start learning		Wyszedł z tego bez szwanku, bez kary.
belediging Hij voelde zich gekwetst door die belediging. start learning		zniewaga poczul sie zraniony przez ta obelge
beledigen Het was niet mijn bedoeling om je te beledigen. start learning		obrazić Nie mialem zamiaru Cie obrazic
waarnemen Ik neem waar dat het buiten donker wordt. start learning		dostrzec Zauwazylem ze na zewnatrz robi sie ciemno
zich op zijn gemak voelen Ik voel me op mijn gemak bij jou. start learning		czuć się komfortowo czuje sie komfortowo przy tobie
vijver start learning		staw
ontslaan ontsloeg, ontsloegen ontslagen Hij zei dat ik ontslagen ben. start learning		zwolnic on powiedzial ze mnie zwolnili
te komen weten(zijn) Ik ben net te weten gekomen dat hij ziek is start learning		dowiedzieć się wlasnie sie dowiedzialem ze on jest chory
Hoe kan ik dat te weten komen? start learning		Jak mogę się tego dowiedzieć?
de burgerlijke stand bepalen start learning		ustalić stan cywilny
Ik ben gekalmeerd start learning		Uspokoiłem się
opmerking Heb je nog opmerkingen? start learning		komentarz, uwaga Masz jeszcze jakis uwagi?
hamer start learning		młotek
verslavend Deze serie is verslavend. start learning		wciągający ten serial jest wciagajacy
ooglid start learning		powieka
hoogtepunt start learning		Atrakcja, punkt kulminacyjny
uitbreiding, De uitbreiding van het gebouw is begonnen. start learning		rozszerzenie, rozbudowa Rozbudowa budynku sie rozpoczela
geleidelijk De situatie verbetert geleidelijk. start learning		stopniowo sytuacja sie stopniowo poprawia
werden schuldig bevonden Zij werd schuldig bevonden. start learning		zostac uznanym winnym ona zostala uznana winna
jeuken Het jeukt verschrikkelijk start learning		swędziec to swedzi straszliwie
de aandacht afleiden Hij probeerde de aandacht af te leiden van het probleem. start learning		odciagnac uwage On probowal odwrocic uwage od problemu
Als ik harder had gestudeerd, zou ik geslaagd zijn. start learning		Gdybym się bardziej uczył, zdałbym. 3 tryb
Als zij op tijd was vertrokken, zou ze de bus niet hebben gemist. start learning		Gdyby wyjechała na czas, nie spóźniłaby się na autobus. 3 tryb
Als we dat wisten, zouden we iets anders hebben gedaan. start learning		Gdybyśmy o tym wiedzieli, zrobilibyśmy coś inaczej. 3 tryb
lek start learning		nieszczelność
Als ik rijk was, zou ik een huis aan zee kopen. start learning		Gdybym był bogaty, kupiłbym dom nad morzem. 2 tryb
Als we in Amsterdam woonden, zouden we geen auto nodig hebben. start learning		Gdybyśmy mieszkali w Amsterdamie, nie potrzebowalibyśmy samochodu. 2 tryb
verlichten De medicijnen verlichten de pijn start learning		oswietlac, lagodzic leki lagodza bol
verbeelding Kinderen hebben een levendige verbeelding. start learning		wyobraźnia Dzieci maja bujna wyobraznie
ik bell u later even terug start learning		Oddzwonię później
wilt u misschien een bericht achterlater start learning		Czy chce Pan zostawić wiadomość?
sorry, dat een verkeerd nummer start learning		przepraszam, to zły numer
het nummer is in gesprek start learning		numer jest zajęty
neem de telefoon alstublieft op start learning		proszę odebrać telefon
begroting De uitgaven waren hoger dan de begroting. start learning		budżet Wydatki byly wyzsze niz budzet
reliëf start learning		ulga
We hebben een telefoongesprek gevoerd. start learning		Rozmawialiśmy przez telefon.
opluchten het lucht me op start learning		ulżyć przynosi mi ulge
rondzien Ik wil eerst wat rondzien voordat ik iets koop. start learning		rozejrzyj się Chce najpierw sie rozejrzec zanim cos kupie
Ze liep de winkel binnen om rond te zien. start learning		Weszła do sklepu, żeby się rozejrzeć.
bezorgd zijn over Morgen worden de resultaten bekend gemaakt en ik ben er erg bezorgd over start learning		martwić się o jutro wyniki beda znane i jestem tym zmartwiony
gebruiksvriendelijk Deze app is heel gebruiksvriendelijk. start learning		przyjazny dla użytkownika ta aplikacja jest latwa do uzytkowania
nauw Het is hier nogal nauw, er is niet veel ruimte. start learning		wąski Tu jest calkiem ciasno, nie ma tu zbyt wiele miejsca
overmaking Bankkosten kunnen worden toegepast op de overmaking. start learning		przelew Oplaty bankowe moga byc naliczane za przelew
ik moet bed verschonen start learning		Muszę zmienić pościel
Met alles kennismaken Ik wil eerst met alles kennismaken voordat ik begin. start learning		Poznawanie wszystkiego Chce sie najpierw ze wszystkim zapoznac zanim zaczne
Weer op het juiste spoor komen Na een moeilijke periode is hij weer op het juiste spoor gekomen. start learning		Powrót na właściwe tory Po trundym okresie znow wrocil na wlasciwe tory
aantrekkelijk start learning		atrakcyjny
weghalen start learning		usunac, zabrac cos fizycznie
Ze haalden de auto weg omdat hij verkeerd geparkeerd stond. start learning		Odholowali samochód, ponieważ był zle zaparkowany
De vuilnis is nog niet weggehaald. start learning		Śmieci jeszcze nie zostały zabrane.
twijfels wegnemen start learning		rozwiać wątpliwości
verbod om in te rijden start learning		zakaz wjazdu
bocht De bocht is scherp. start learning		zakręt zakret jest ostry
De auto is van de weg geraakt. start learning		Samochód zjechał z drogi.
Is dit meegenomen? start learning		Czy jest to uwzglednione?
zich verantwoorden voor iets Hij moet zich verantwoorden voor zijn fouten. start learning		tlumaczyc sie z czegos on musi tlumaczyc sie ze swoich bledow
Dat vormt een bepaalde hindernis. start learning		To stanowi pewną przeszkodę.
het gevolg zijn van iets Het probleem is het gevolg van een misverstand. start learning		być wynikiem czegoś Problem wynika z nieporozumienia
Naar aanleiding van je vroegere uitspraak start learning		w nawiazaniu do twojej wczesniejszej wypowiedzi
Je moet het zelf in de gaten houden. start learning		Musisz sam na tego pilnowac.
Je moet er zelf op letten. start learning		Musisz sam na to uwazac.
Als ik moet raden wat ik moet doen, is dat moeilijk. start learning		Jeśli muszę zgadywać, co zrobić, jest to trudne.
Je kunt hoofdstuk 3 overslaan als je al bekend bent met het onderwerp. start learning		Mozesz pominac rozdzial 3, jesli znasz juz ten temat
De speler sloeg de training over. start learning		Zawodnik opuścił trening.
Ik heb vandaag het ontbijt overgeslagen. start learning		Dziś pominąłem śniadanie.
de oogst start learning		żniwa, zbiory
Hij heeft mijn voorstel afgewezen. start learning		Odrzucił moją propozycję.
de landbouw start learning		Rolnictwo
het voedsel start learning		jedzenie
de tussenkomst Dankzij de tussenkomst van de politie werd het conflict opgelost. start learning		interwencja Dzieki interwencji policji konflikt zostal rozwiazany
Deze producten zijn afkomstig van lokale boeren. start learning		Produkty te pochodzą od lokalnych rolników.
het vee Het vee stond in de wei. start learning		bydło Bydlo stalo na lace
zachtaardig Ze heeft een zachtaardig karakter. start learning		o miękkim sercu ona ma lagodny charakter
doodbraaf Het kind is doodbraaf en doet altijd wat de ouders zeggen. start learning		bardzo posluszny, ulegly Dziecko jest bardzo grzeczne i zawsze robi to co mowia rodzice
zuinig start learning		ekonomiczny
Het doorlopen van de procedure kost tijd. start learning		Przejście przez tę procedurę jest czasochłonne.
zichtbaar De schade is duidelijk zichtbaar. start learning		widoczny szkoda jest wyraznie widoczna
bewakingsbeelden start learning		nagrania z monitoringu
Maar schijn bedriegt start learning		Ale pozory mogą mylić
terugkeren Hij keerde na vijf jaar terug naar zijn geboortedorp. start learning		powrócic, wrocic Wrocil do swojej rodzinnej wioski po 5 latach
• We keren terug naar ons onderwerp. start learning		• Wracamy do tematu.
nauwelijks Ik had nauwelijks tijd om te eten. start learning		ledwo Ledwo mialem czas zeby zjesc
terugzien Ik hoop je snel terug te zien. start learning		zobaczyc spowrotem Mam nadzieje ze cie szybko zobacze spowrotem
zich terugtrekken uit iets Het bedrijf trok zich terug uit het project. start learning		wycofać się z czegoś Firma wycofala sie z projektu
afzien van iets Ik zie af van het aanbod. start learning		zrezygnować z czegoś Rwsygnuje z tej oferty
laten vallen Ik laat het project vallen. start learning		odpuszczac, zrezygnowac rezygnuje z projektu
ongeacht of Ongeacht of je komt of niet, het feest gaat door. start learning		niezależnie od tego czy niezaleznie od tego czy przyjdziesz czy nie impreza sie odbedzie
de zon ondergaan start learning		zachodzi słońce
gewoonlijk start learning		zazwyczaj
achterstallige taken start learning		zaległe zadania
opzeggen Ik wil het abonnement opzeggen. start learning		zakończyć, zrezygnowac Chce wypowiedziec moj abonament
zich bemoeien Ze bemoeit zich altijd met het werk van anderen start learning		wtrącać się ona wtraca sie zawsze w prace innych
Ik bemoei me niet met de zaken van anderen. start learning		Nie wtrącam się w sprawy innych ludzi.
ontzettend Het was ontzettend moeilijk. start learning		niesamowicie to bylo nie samowicie trudne
Iedereen moet gelijke behandeling krijgen start learning		Każdy powinien mieć równe traktowanie
We moeten iedereen gelijk behandelen, ongeacht afkomst. start learning		Musimy traktować wszystkich równo, bez względu na pochodzenie.
Het bedrijf maakt geen onderscheid tussen mannen en vrouwen. start learning		Firma nie dyskryminuje kobiet i mężczyzn.
Ik hou niet van dit noch van dat start learning		nie lubie tego ani tamtegi
Mensen vluchten. start learning		Ludzie uciekają.
De mensen zijn aan het vluchten.(teraz) start learning		Ludzie uciekają.(teraz
Mensen vluchten uit het land. start learning		Ludzie uciekają z kraju.
Ik was aan het slapen toen je belde. start learning		Spałam, kiedy zadzwoniłeś.
Ze waren aan het voetballen toen het begon te regenen. start learning		Grali w piłkę nożną, gdy zaczął padać deszcz.
namelijk start learning		mianowicie
het gebaar Hij maakte een vriendelijk gebaar. start learning		gest Zrobil przyjazny gest
ontdekken Hij ontdekte een fout in de tekst. start learning		odkrywać on odkryl blad w tekscie
lijken vanzelfsprekend Dat lijkt vanzelfspreknd start learning		wydawać się oczywiste To wydaje sie oczywiste
onnauwkeurigheden Het verslag bevatte enkele onnauwkeurigheden. start learning		nieścisłości sprawozdanie zawieralo kilka niescislosci

czasowniki

You must sign in to write a comment

More