→ 4.1 Boodschappen Doen → Start Learning / Download MP3 Flashcards

start learning

Question		Answer
jabłko, jabłka start learning		de appel, de appels
Piekarz, piekarze start learning		de bakker, de bakkers
robić zakupy start learning		boodschappen doen/ ik doe boodschappen/ jij doet boodschappen
maslo start learning		de boter
Chleb, chleby start learning		het brood, de broden
warzywa start learning		de groente, de groenten
odmiana czasownika kupowac - kopen start learning		ik koop, jij koopt, hij koopt
odmiana czasownika moc - kunnen start learning		1. ik kan 2. jij kunt 3. hij kan 1.2.3 wij kunnen
rynek, rynki start learning		de markt/ de markten
rzeznik/ rzeznicy start learning		de slager / de slagers
supermarket/ supermarkety start learning		de supermarkt/de supermarkten
mieso start learning		het vlees
taki sam start learning		dezelfde/ hetzelfde
ziemniak/ ziemniaki start learning		de aardappel/de aardappels
kolacja start learning		het avondeten
wieczorami start learning		's avonds
wtedy start learning		dan
obiad start learning		de lunch
sok start learning		sap
śniadanie start learning		het ontbijt
widelec start learning		de vork
talerz start learning		het bord
nóż start learning		het mes
odmiana czasownika jesc - eten start learning		1. ik eet 2. jij eet 3. hij eet 1.2.3 eten
popoludniem start learning		's middags
albo start learning		of
wieczorami start learning		's avonds
woda start learning		het water
wino, wina start learning		de wijn, de wijnen

4.1 boodschappen doen