4

 0    426 flashcards    Vinceq
download mp3 print play test yourself
 
Question Answer
kupon
start learning
de waardebon
pokaz
start learning
de voorstelling
pełny, kompletny
start learning
volzet
wprowadzać (dane)
start learning
invoeren
złożycć zamówienie
start learning
een bestelling doen
odebrać
start learning
afhalen
na imię...
start learning
op naam van
natychmiast
start learning
onmiddelijk
to wynosi 10 €
start learning
dat maakt 10€
powinienem...
start learning
ik zou ... moeten
powinieneś iść do doktora
start learning
je zou naar de dokter moeten gaan
czy mógłbym
start learning
zou ik mogen
chciałbyś
start learning
zou je willen
mógłbyś
start learning
zou je kunnen
czy mógłbyś wzkazać mi drogę?
start learning
zou je mij de weg kunnen wijzen
przełożyć
start learning
verzetten
mógłbyś iść do lekarza
start learning
je zou naar dokter kunnen gaan
Na Twoim miejscu poszedłbym do lekarza
start learning
als ik jou was, zou ik naar de dokter gaan
als het aanbod vermindert, wat gebeurt er met de prijs?
start learning
stijgt
als het aanbod vermeerdert, wat gebeurt er met de prijs?
start learning
daalt
als het vraag vermindert, wat gebeurt er met de prijs?
start learning
daalt
als het vraag vermeerdert, wat gebeurt er met de prijs?
start learning
stijgt
chłopak, z którym się uczę, mówi 3 językami
start learning
de jongen met wie ik studeer, spreekt 3 talen
mężczyzna, od którego dostałem książkę mieszka w antwerpii
start learning
de man van wie ik het boek kreeg woont in antwerpen
miasto, w którym mieszkam, jest bardzo spokojne
start learning
de stad waarin ik woon is heel rustig
muzeum miasta, do którego jadę, znajduje się w Brukseli
start learning
het stadmuseum waarnaar ik ga ligt in brussel
wyrzucić
Wyrzuć to, nie potrzebujemy go.
start learning
weggooien
Gooi het weg, we hebben het niet nodig.
Nie chcę już więcej zupy
start learning
ik hoef geen soep meer
śmiać się z
start learning
lachen om
bazować na
start learning
baseren op
być podobny do
Monica jest bardzo podobna do swojej matki.
start learning
lijken op
Monica lijkt erg op haar moeder.
mieć nadzieję na
start learning
hopen op
płakać po czymś
start learning
huilen om
błagać o
start learning
smeken om
cierpieć na
start learning
lijden aan
zależeć od
start learning
afhangen van
należeć do
start learning
behoren tot
składać kondolencje z powodu
start learning
condoleren met
brać udział w
start learning
deelnemen aan
zmusić do
start learning
dwingen tot
graniczyć z
start learning
grenzen aan
pracować nad
start learning
werken aan
nie cierpieć czegoś
start learning
een hekel hebben aan
mieć wpływ na
start learning
invloed hebben op
mieć szansę na
start learning
kans hebben op
gapić się na
start learning
staren naar
być dumny z
start learning
trots zijn op
mieć ochotę na
start learning
zin hebben in
w przeciwieństwie do
start learning
in tegenstelling tot
na bazie, na podstawie
start learning
op grond van
mieć bzika na punkcie czegoś
start learning
dol zijn op
być złym na
start learning
kwaad zijn op
poważny, ciężki
Cukrzyca to poważna choroba.
start learning
ernstig
De diabetes is een ernstige ziekte.
nieprzyjemny
start learning
ongezellig
przerażający
start learning
verschrikkelijk
ekscytujący
Twoja siostra opowiedziała mi ekscytującą historię.
start learning
spannend
Je zus heeft mij een spannend verhaal verteld.
wat is toegevoegde waarde?
start learning
de waarde aan een product die wordt toegevoegd door een onderneming
verkooprijs bestaat uit
start learning
aankoopprijs en toegevoegde waarde
wat is het bruto binnenlands product(bbp)?
start learning
de totale toegevogde waarde die binnen een bepalde periode door alle ondernemingen in een land wordt gerealiseerd
wat is de afzet?
start learning
het aantal eenheden dat een onderneming verkoopt
wat is de omzet?
start learning
de waarde van verkopen exclusief btw
formule van omzet
start learning
afzet * verkoopprijs
zatrudnienie
start learning
tewerkstelling
formule van economische groei?
start learning
bbp dit jaar - bbp vorig jaar / bbp vorig jaar
wyrazić
start learning
uitdrukken
bbp kan gebruiken om ... (bereken)
start learning
uitgaven, inkomsten en schulden van overheid (te bereken)
wat is economische groei?
start learning
de jaarlijkse procentuele verandering van het bbp van een land
branża gastronomiczna
start learning
horeca
przemysł budowlany
start learning
bouwnijverheid
przemysł (fabryki)
start learning
nijverheid
ustalać, określać
start learning
vaststellen
wat omvat primair sector?
start learning
landbouw, visserij, bosbouw
wat omvat secundaire sector?
start learning
industrie, mijnbouw, productie van energie, bouwsector
wat omvat teritaire sector?
start learning
handel, commerciële diensten
wat omvat quartaire sector?
start learning
gezondheidzorg, onderwijs, cultuur, overheid
polecić
start learning
aanbevelen
zaprzeczać, odrzucić
start learning
ontkennen
mam ochotę na
start learning
ik heb trek in
mówię o
start learning
ik praat over
opiekuję się czymś
start learning
ik zorg voor
Myślę o
start learning
ik denk aan
wyglądam jak
start learning
ik lijk op
Jestem zadowolony z
start learning
ik ben blij met
schodzić po schodach
start learning
aflopen
wchodzić po schodach
start learning
oplopen
siedzieć przy stole
start learning
aan tafel zitten
patrzeć w lustro
start learning
in spiegel kijken
jechać na urlop/ wakacje
start learning
met vacantie gaan
tańczyć do muzyki
start learning
dansen op muziek
uciekać
Nie da się uciec z więzienia.
start learning
ontsnappen
Het is onmogelijk uit de gevangenis te ontsnappen.
spacerować
start learning
slenteren
borykać się, zmagać się z
start learning
worstelen met
pogratulować z okazji
start learning
feliciteren met
żałować czegoś
start learning
spijt hebben van
uważnie
start learning
aandachtig
paragon
start learning
kasticket
zarządzać
start learning
beheren
rachunek bieżący
start learning
de zichtrekening
wpłacać
Muszę wpłacić pieniądze na swoje konto.
start learning
storten
Ik moet geld op mijn rekeneing storten.
odszkodowanie, rekompensata
start learning
vergoeding
dokonać transakcji bankowej
start learning
bankverrichting doen
wyciąg z konta
start learning
rekeninguittreksel
akceptować
start learning
aanvaarden
Opóźnić
start learning
uitstellen
częściowo
start learning
gedeeltelijk
niezdolny do pracy
start learning
arbeidsongeschikt
rozwiązać umowę o pracę
start learning
de arbeidsovereenkomst opzeggen
fryzura
start learning
de knipbeurt
odejmować
start learning
aftrekken
łysy
start learning
kaal
sumować
start learning
optellen
rywalizować, rzucić wyzwanie
start learning
uitdagen
dodatek do pensji, świadczenie
start learning
aanvullend inkomen
dochód zastępczy
start learning
vervangingsinkomen
wanneer krijgt je vervangingsinkomen?
start learning
als je ziek zijn, werkloos, met pensioen
wanneer krijgt je het aanvullend inkomen?
start learning
als je grote kosten hebt. kinderen hebben of ziek worden
de afdelingen van een onderneming?
start learning
productie en logistiek, marketing, personeel, administratie en boekhouden
4P van de marketing?
start learning
Prijs, product, plaats, promotie
wat is maatschappelijk verantwoord ondernemen (MVO)?
start learning
people, planet, profit
konto oszczędnościowe
start learning
spaarrekening
intrest krijgt je van jouw...
start learning
spaarrekening
rendement krijgt je van jouw
start learning
belegging
inwestować
start learning
beleggen
inwestycja
start learning
de belegging
półki (stojące)
start learning
de rekken
skóra
start learning
het leder
strzałka
start learning
de pijl
wat is de dienstensector?
start learning
de sector die alle ondernemingen uit de teritaire en quartaire sector omvat
er is een probleem
start learning
een haar in de boter
in de problemen zitten
start learning
in de puree zitten
seplenić
start learning
lispelen
statek kosmiczny
start learning
ruimtetuig
zgubić się
start learning
verdwalen
światła uliczne
start learning
straatverlichting
ignorować
Nie zwracaj uwagi na hałas - kapela mojego syna ma próbę.
start learning
negeren
Negeer het lawaai. Mijn zoons band repeteert.
sekret
start learning
geheim
przywrócić swoje życie na właściwe tory
start learning
je leven terug op het spoor krijgen
strach
start learning
schrik
imago
start learning
hoe je jezelf toont aan de anderen
wees realistisch
start learning
houd je voet op de grond
op elk potje past een deksel
start learning
voor elke persoon past iemand
uit je kot komen
start learning
doe eens iets, sluit je niet op
je moet meer durven
start learning
je moet meer haar op je tanden krijgen
zboczeniec
start learning
viezerik
wpadka
start learning
afgang
rękawki do pływania
start learning
bandjes
imponować
start learning
indruk maken
kłamstwo
start learning
leugen
poczucie winy
start learning
schuldgevoel
ik heb een slechte dag
start learning
mijn dag om zeep
je bent nerveus, je hebt stress, je voelt je schuldig
start learning
een knoop in je maag
zwinąć, ukraść ponownie
start learning
terugpikken
als ze mij pakken, hang ik
start learning
dan krijg ik een sanctie
zdradzać, wydać
start learning
verraden
wykorzystać kogoś
start learning
profiteren van
obrazić kogoś
start learning
iemand kwetsen
wyolbrzymiać
start learning
overdrijven
niewyraźnie wymawiać, bełkotać
start learning
mompelen
oskarżać
Oskarżyła własnego syna o kradzież.
start learning
beschuldigen
Ze beschuldigde haar eigen zoon van diefstal.
wyć
start learning
janken
mieć ochotę coś zrobić
start learning
zin hebben om iets te doen
namawiać
start learning
overhalen
termos
start learning
thermoskan
w pełni
start learning
voluit
rozwijać
Żeby się rozwijać, musisz ciągle zdobywać nową wiedzę.
start learning
ontwikkelen
Om je te ontwikkelen, moet je steeds nieuwe kennis opdoen.
de formule voor bbp per capita
start learning
bbp van een land / aantal inwoners in een land
ap * aq =
start learning
ap+q
(ap)q =
start learning
ap*q
(a*b)p =
start learning
ap * bp
ap: aq =
start learning
ap-q
x-n =
start learning
1 / xn
3⁵
start learning
drie tot de vijfde
start learning
kubiekemeter
sześcian
start learning
kubus
walec
start learning
cilinder
prostopadłościan
start learning
balk
kula
start learning
bol
stożek
start learning
kegel
piramida
start learning
pramide
stambreuk
start learning
breuk die teller 1 heeft
gelijknamige breuk
start learning
breuken met dezelfde noemer
gelijkwaardige breuken
start learning
breuken die evenveel waard zijn
odejmowanie
start learning
het aftrekken
trójkąt
start learning
driehoek
k.g.v.
start learning
kleinste gemene veelvoud
[2 4 6 8 10 12 14 16] i [3 6 9 12] = kgv 12
g.g.d
start learning
grootste gemene deler
prostokąt
start learning
rechthoek
kwadrat
start learning
vierkant
mnożenie
start learning
het vermenigvuldigen
średnica
start learning
diameter
koło
start learning
cirkel
równoległy
start learning
evenwijdig
prostopadły
start learning
loodrecht
ekierka
start learning
geodriehoek
Promień
start learning
straal
środek koła
start learning
middelpunt
przekątna
start learning
diagonaal
romb
start learning
ruit
równoległobok
start learning
parallellogram
elipsa
start learning
ellips
trapez
start learning
trapezium
przeciwległe
start learning
overstaand
kąt prosty
start learning
rechte hoek
kąt rozwarty
start learning
stompe hoek
kąt ostry
start learning
scherpe hoek
kąt półpełny
start learning
gestrekte hoek
kąt pełny
start learning
volle hoek
trójkąt ostrokątny
start learning
scherphoekige driehoek
trójkąt prostokątny
start learning
rechthoekige driehoek
trójkąt rozwartokątny
start learning
stomphoekige driehoek
trójkąt równoboczny
start learning
gelijkzijdige driehoek
Trójkąt równoramienny
start learning
gelijkbenige driehoek
trójkąt różnoboczny
start learning
ongelijkzijdige driehoek
omtrek van een cirkel
start learning
π*d of π*2r
d = diameter; r = straal
oppervlakte van een cirkel
start learning
πr²
r =straal
oppervlakte van een driehoek
start learning
(a*h)/2
oppervlakte van een parallellogram
start learning
a*h
wyginąć
start learning
uitsterven
zachowanie
start learning
het gedrag
emisja
start learning
de emissie
poziom morza
start learning
zeespiegel
zakwaszenie
start learning
de verzuring
prąd, strumień
start learning
de stroom
atrakcje miasta
start learning
bezienswaardigheden
konkurować
start learning
concurreren
odnosić się do
start learning
verwijzen naar
kontrolować, nadzorować
start learning
controleren
rekomendacja
start learning
aanbeveling
atrakcja (od atrakcyjny)
start learning
aantrekkingkracht
przezroczystość
start learning
doorzichtigheid
welke zijn 4 criteria van marktvorm?
start learning
soort product, aantal vragers en aanbieders, doorzichtigheid van de markt, openheid van de markt
dołączyć
start learning
toetreden
wat is volkomen concurrentie?
start learning
Er zijn veel aanbieders van een homogeen product (bv. appels)
wat is monopolie?
start learning
er is maar één aanbieder
wat is oligopolie?
start learning
er zijn maar enkele aanbieders. Het is moeilijk om als nieuwe aanbieder toe te treden (bv. electriciteit markt)
wat is monopolistische concurrentie?
start learning
Er zijn veel aanbieders. De producten verschillen van elkaar op het gebied van verpakking, service, uitzicht (bv. brood markt)
wat is homogene producten?
start learning
zijn identiek op het vlak van kwaliteit, vorm, uitzicht (appels)
wat is heterogene producten?
start learning
verschillen van elkaar qua smaak, uitzicht, verpakking (auto's)
lodowisko
start learning
de ijspiste
obszar, dziedzina
Ona jest ekspertem w dziedzinie lingwistyki.
start learning
het gebied
Ze is een expert op het gebied van de taalwetenschap.
mieć tendencję do
start learning
neigen naar
Para
start learning
de stoom
przyzwyczaić się do
start learning
wennen aan
zbliżyć się
start learning
benaderen
z góry (o płatności), z wyprzedzeniem
start learning
alvast
giełda
start learning
de beurs
podejście
start learning
de benadering
spółka, partnerstwo
start learning
de vennotschap
rzeczywistość
start learning
werkelijkheid
wat zijn substituten?
start learning
Producten die elkaar kunnen vervangen (zoals thee en koffie)
wat zijn complementen?
start learning
producten die elkaar aanvullen (zoals benzine en auto)
wat zijn onafhankelijke producten?
start learning
producten die niets met elkaar hebben te maken(zoals wc-papier en computers)
fascynujący
start learning
boeiend
wat is de prijselasticiteit van de vraag?
start learning
hoe gevoelig de koper of de vraag is voor een prijsverandering
formule voor prijselasticiteit van de vraag?
start learning
procentuele vrandering van de hoeveelheid / procentuele verandering van de prijs
als Evp > 1 =
start learning
prijsgevoelig of prijselastisch vraag
Evp < 1 =
start learning
prijsongevoelig of prijsinelastisch vraag
wat is preciese foemule voor de prijselasticiteit van de vraag?
start learning
(Qv1 - Qv0 / Qv0) / (P1 -P0 / P0) =E
Qv0 - de oorspronkelijke gevraagde hoeveelheid, Qv1 - de nieuw gevraagde hoeveelheid, P0 - de oorspronkelijke prijs, P1 - de nieuwe prijs
formule voor procentuele veranderig?
start learning
((nieuw - oud) / oud) * 100
znaczny, istotny
start learning
aanzienlijk
wat is inkomenselasticiteit van de vraag?
start learning
hoe gevoelig koper is voor een verandering van het inkomen
formule voor inkomenselasticiteit
start learning
procentuele verandering van de hoeveelheid / procentuele verandering van het inkomen
wanneer Ey > 1
start learning
inkomensgevoelig of inkomenselastisch vraag bij luxe goederen
Ey < 1
start learning
inkomensongevoelige of inkomensinelastisch vraag bij noodzaakelijke goederen
Ey < 0
start learning
het is inferieur product (witte producten, tweedehandskledij)
formule voor de vraagvergelijking
start learning
Qv = -a * prijs + b
wat zijn oorzaken van stijging van de vraag?
start learning
1. verhoogde voorkeur, 2. stijging van het inkomen, 3. stijging van de prijs van substitut, 4. daling van de prijs van een complementair product
wat zijn oorzaken van daling van de vraag?
start learning
1. verminderde voorkeur, 2. daling van het inkomen, 3. daling van de prijs van substitut, 4. stijging van de prijs van een complementair product
zrobić sobie krzywdę
start learning
zich bezeren
wtrącać się w
start learning
zich bemoeien met
zastanawiać się
Zastanawiam się gdzie wyjechać na wakacje.
start learning
zich afvragen
Ik vraag me af waar op vakantie te gaan.
postarać się
start learning
zich inspannen
dobrze się bawić
Dobrze się wczoraj bawiłeś?
start learning
zich vermaken
Heb je je gisteren prima vermaakt?
nie móc doczekać się czegoś
start learning
zich verheugen op
zamierzać, mieć zamiar
start learning
zich voornemen
zarejestrować się
start learning
zich aanmelden
powstrzymać się, opanować się
start learning
zich inhouden
jesteś gotowy?
start learning
ben je zover?
o ile mi wiadomo
start learning
voor zover ik weet
jak tylko to
start learning
voor zover dat
de formule voor de kruiselingse prijselasticiteit
start learning
procentuele verandering van de gevraagde hoeveelheid / procentuele verandering van de prijs van een ander product
de Ek van de vraag bij substituten is...
start learning
positief
de Ek van de vraag bij complementen is...
start learning
negatief
moim zdaniem
start learning
Naar mijn mening
verschuivingen in het aanbod doen zich voor wanneer: 4
start learning
de productiekosten veranderen, het aantal anbieders verandert, we productivitet verandert, de productie ene meevaller kent
gdy była 17, poszedł do domu
start learning
toen get 5 uur was hij ging naar huis
Kiedy byłem mały, wierzyłem w Świętego Mikołaja
start learning
toen ik klein was geloofde ik in Sinterklaas
zdarzenie
start learning
gebeurtenis
koncentrować się
start learning
zich concentreren
w międzyczasie
start learning
In de tussentijd
Robin podał piłkę Keesowi, po czym Kees strzelił gola
start learning
Robin speelde de bal naar Kees toen maakte Kees een doelpunt
Mój ojciec urodził się w 1975 roku. Wtedy nie było jeszcze internetu
start learning
Mijn vader is geboren 1975. Toen was er nog geen internet
znieważać
start learning
beledigen
wpaść w kłopoty
start learning
in de problemen komen
wat is prijselasticiteit van het aanbod?
start learning
hoe gevoelig de producent is voor een prijsverandering van het eigen product
formiule voor prijsealsticiteit van het aanbod?
start learning
procentuele verandering van de aangeboden hoeveelheid / procentuele verandering van de prijs
Ea > 1
start learning
prijsgevoelig of prijselastisch aanbod
Ea < 1
start learning
prijsongevoelig of prijsinelastisch aabbod
Ea = 0
start learning
perfect inelastisch aanbod
modyfikacja
start learning
wijziging
formule voor aanbodvergelijking
start learning
Qa = a * Prijs - b
gratka, fuks, niespodzianka
start learning
meevaller
wpadka, niepowodzenie, porażka
start learning
tegenvaller
rozszerzać (produkcje), rozwijać
start learning
uitbreiden
proste włosy
start learning
steil haar
hoe steiler de aanbodcurve is...
start learning
hoe inelastischer het aanbod is
wyjaśnić, zilustrować
start learning
toelichten
wywnioskować z czegoś
start learning
afleiden van
Głaskać
start learning
aaien
kawa jest postawiona na stole
start learning
er is een koffie gezet op de tafel
robaki są zjadane
start learning
de wormen worden opgegeten
praca domowa jest już zrobiona
start learning
het huiswerk is al gemaakt
rower jest naprawiony
start learning
de fiets is gerepareerd
szarlotka zostaje pieczona
start learning
Er wordt een appeltaart gebakken
kolędy zostały zaśpiewane
start learning
er werden kerstliedjes gezongen
złodziej był aresztowany
start learning
de dief was gearresteerd
jedzenie zodtanie ugotowane
start learning
het eten zal gekookt worden
Jedzenie zostało ugotowane
start learning
Het eten is gekookt geworden
jedzenie było gotowane
start learning
het eten werd gekookt
jedzenie jest gotowane
start learning
het eten wordt gekookt
kawa jest podawana
start learning
koffie wordt geserveerd
towary sa sprzedawane
start learning
goederen worden verkocht
wyczerpujący
start learning
vermoeiend
bankier
start learning
de bankier
transakcja finansowa
start learning
de financiële transactie
podatek
start learning
de belasting
Księgowość
start learning
de boekhouding
usługa finansowa
start learning
de financiële dienst
posiadanie, własność
start learning
het bezit
majątek
start learning
het vermogen
dywidenda
start learning
het dividende
obligacja
start learning
de obligatie
Giełda Papierów Wartościowych
start learning
de aandeelmarkt
Fundusz
start learning
het Fonds
konto inwestycyjne
start learning
de beleggingsrekening
dług
start learning
de schuld
wyciąg z konta
start learning
het rekeningafschrift
bankomat
start learning
de pinautomaat
Transakcja
start learning
De transactie
saldo
start learning
het saldo
kredyt
Większość ludzi musi wziąć kredyt, by kupić samochód.
start learning
het krediet
De meerderheid van de mensen moet een krediet krijgen om een auto te kopen.
pożyczka
start learning
de lening
odsetki
start learning
de rente
przelew
start learning
de overboeking
wypłata (z bankomatu)
start learning
de opname
depozyt, wpłata
start learning
de storting
banknot
start learning
het biljet
kurs wymiany walut
start learning
de koers
moneta
start learning
de munt
karta kredytowa
start learning
de creditcard
konto oszczędnościowe
start learning
de spaarrekening
rachunek bieżący
start learning
de betaalrekening
konto bankowe
start learning
de bankrekening
oszczędzać
start learning
sparen
pożyczać
Mogę pożyczyć twoją książkę?
start learning
lenen
Mag ik jouw boek even lenen?
wpłacać
Muszę wpłacić pieniądze na swoje konto.
start learning
storten
Ik moet geld op mijn rekeneing storten.
wypłacać
start learning
opnemen
przelewać pieniądze
start learning
overboeken
inwestować
Czy inwestowanie w złoto jest ryzykowne?
start learning
investeren
Is het riskant in goud te investeren?
zaciągać długi
start learning
schulden maken
Wymieniać pieniądze
start learning
ruilen
spłacać
start learning
afbetalen
inwestować, lokować
start learning
beleggen
przekupić
start learning
omkopen
mieć siłę nabywczą
start learning
koopkracht hebben
finansowy
To miasto jest centrum finansowym Europy.
start learning
financieel
Deze stad is het financiele centrum van Europa.
pieniężny
start learning
geldelijk
zbankrutowany, bankrut
start learning
bankroet
darmowy, bez kosztów
start learning
kostenloos
opłacalny, dochodowy
start learning
winstgevend
przynoszące straty
start learning
verliesgevend
ekonomiczny / oszczędny
start learning
zuinig
przystępny cenowo
start learning
betaalbaar
zabezpieczony (np. pożyczka)
start learning
zekergesteld
wolny od długów
start learning
schuldenvrij
zamożny
Nick pochodzi z zamożnej rodziny.
start learning
vermogend
Nick komt uit een vermogende familie.
stałe (oprocentowanie)
start learning
vaste
zmienny (np. oprocentowanie)
start learning
variabele
równowaga rynkowa
start learning
marktevenwicht
pamięć
start learning
geheug
odświeżyć
start learning
opfrissen
obierać
Nie umiem obierać ziemniaków.
start learning
schillen
Ik kan niet aardappels schillen.
gnić
start learning
rotten
Czy mogę o coś zapytać?
start learning
Mag ik u iets vragen
Czy może mi pan pokazać drogę do...
start learning
Kunt u mij de weg wijzen naar...
proszę iść prosto
start learning
U gaat hier rechtdoor
na końcu ulicy skręć w prawo
start learning
aan het einde van de straat gaat je rechtsaf
Przechodzisz przez most
start learning
U gaat de brug over
po drugiej stronie ulicy
start learning
aan de andere kant van de straat
z jednej strony... z drugiej strony
start learning
enerzijds... anderzijds
poświęcenie
start learning
toewijding
poświęcać, przeznaczać
start learning
toewijden
pamięć
start learning
geheugen
ledwo
start learning
nauwelijks
szaleństwo, obłęd
start learning
waanzinningheid
być szalonym, obłąkanym
start learning
krankzinning zijn
odnieść sukces w
start learning
slagen in
skończyć z czymś
start learning
klaar zijn met
wątpić w
start learning
twijfelen aan
podawać, aplikować (leki)
start learning
toedienen
molo
start learning
de pier
dziewczyna ma nadzieję, że zdała egzamin
start learning
het meisje hoopt dat zij het examen heeft gehaald
Nie wiemy, czy w tym roku pojedziemy na wakacje
start learning
Wij weten niet of we dit jaar op vakantie gaan
wiem jak nazywa się twój brat
start learning
ik weet hoe jouw broer heet
Nie mam pojęcia, kiedy masz urodziny
start learning
Ik heb geen idee wanneer je jarig bent
nie chce powiedzieć, gdzie był wczoraj
start learning
hij wil niet zeggen waar hij gisteren is geweest
Theo zastanawia się, dlaczego lekcja nie jest kontynuowana
start learning
theo vraagt zich af waarom de les niet doorgaat
Willemijn opowiedziała nam, co robiła w ostatni weekend
start learning
Willemijn heeft verteld wat ze afgelopen weekend heeft gedaan
Jesteś lekarzem, prawda?
start learning
Je bent een dokter, toch?
wykluczać
start learning
uitsluiten
jej imię to Anna, prawda?
start learning
Haar naam is Anna, toch?
tak, zgadza się
start learning
Ja, dat klopt
tak, dokładnie
start learning
Ja, inderdaad
wiedza
start learning
de kennis
brać sprawy w swoje ręce
start learning
het heft zelf in handen nemen
narzucać
start learning
opleggen
nalegać
start learning
aandringen
wymaganie, warunek
start learning
voorwaard
wielkość
start learning
de grootte
zapewniać
start learning
voorzien
odkładać słuchawkę, rozłączyć się
start learning
ophangen
kontuzja
start learning
de verwonding
diagnoza
start learning
de diagnose
objaw
start learning
het symptoom
leczenie
start learning
de behandeling
operacja
start learning
de operatie

You must sign in to write a comment