Polish Dutch Dictionary

język polski - Nederlands, Vlaams

zdejmować in Dutch:

1. verwijderen verwijderen


De meesten haten foutopsporing. Het is plezanter fouten te programmeren dan ze te verwijderen.
Zeep helpt het vuil te verwijderen.

2. opstijgen



3. uitdoen


Mag ik het licht uitdoen?
Ik doe het licht uit./ Ik zal het licht uitdoen./Ik doe de sjaal uit./ Ik zal de sjaal uitdoen./ Ik probeer de sjaal uit te doen.
Je kan maar beter het licht uitdoen voordat je gaat slapen.

Dutch word "zdejmować"(uitdoen) occurs in sets:

13/3 Dat is een goede tip!