Lithuanian Dutch Dictionary

lietuvių kalba - Nederlands, Vlaams

vaizdas in Dutch:

1. uitzicht uitzicht


Het is het mooiste uitzicht dat ik ooit gezien heb.
Beoordeel een mens niet op zijn uitzicht.
Wat een mooi uitzicht!
Een prachtig uitzicht.

2. afbeelding afbeelding


Heeft zij u de afbeelding getoond?
Men kan deze boeddhistische afbeelding niet helemaal juist dateren.
Bekijk de afbeelding.
Hij hing een afbeelding aan de muur.
Waaraan denk je als je deze afbeelding ziet?
Ik heb deze afbeelding al vroeger gezien.