Hungarian Dutch Dictionary

magyar - Nederlands, Vlaams

narancs in Dutch:

1. oranje oranje


Dit t-shirt is oranje. Het oranje t-shirt. Een oranje t-shirt.
Alle huizen in onze straat zijn versierd met oranje vlaggetjes vanwege het WK.

Dutch word "narancs"(oranje) occurs in sets:

Kleuren in het Hongaars
Színek holland nyelven

2. sinaasappel sinaasappel


De aardbol heeft dezelfde vorm als een sinaasappel.
De aarde ziet er van bovenaf uit als een sinaasappel.

Dutch word "narancs"(sinaasappel) occurs in sets:

Vruchten in het Hongaars