English Dutch Dictionary

English - Nederlands, Vlaams

us in Dutch:

1. ons


Vergeet ons niet!
Ons blauwe beddengoed hoeft niet gestreken te worden en is heel lekker zacht; je verheugt je er 's avonds altijd al op om naar bed te gaan!
De Bijbel draagt ons op om onze naasten én onze vijanden lief te hebben; waarschijnlijk omdat dat in het algemeen dezelfde personen zijn.
De dood is slechts een horizon; en een horizon is niets anders dan de grens van ons gezichtsveld.
Ik heb nog een appeltje te schillen met mijn buurjongen. Dat rotjoch schiet steeds papieren pijltjes door ons zolderraam naar binnen.
Laten we ons wel bewust zijn van het belang van deze dag, want vandaag kwamen binnen de gastvrije muren van Boulogne-sur-Mer geen Fransen samen met Engelsen, geen Russen met Polen, maar mensen met mensen.
Dat mensen niet veel leren van de lessen uit het verleden is de belangrijkste les die het verleden ons te leren heeft.
Ik heb geen schrik van terroristen, wel van dezen die ons angst aanjagen over terroristen om onze vrijheid in te perken.
Ons bedrijf is van plan een nieuwe chemische fabriek te bouwen in Rusland.
Ze beloven ons gouden bergen, maar ik heb zo het vermoeden dat we op de vervulling van die beloften kunnen wachten tot sint-juttemis.
Ja, dat ben ik, zei Al-Sayib. "Maar er is er minstens één van ons in elk land. En we houden allemaal van Fanta en van noobs op hun plaats zetten."
Omdat we door een verkeersopstopping vertraagd waren, moesten we ons haasten.
Soms vraag ik me af of deze wereld er alleen in iemands hoofd is, en hij ons allemaal tot bestaan droomt. Misschien ben ik het zelfs wel.
In Engeland vroeg de kelner ons: hoeveel bier wilt ge? Een halve "pint" of een "pint"? Omdat we niet wisten hoeveel dat dan wel was, vroegen we hem de glazen te tonen.
Ervan afgezien dat de omstandigheden wat anders waren, was het resultaat van ons experiment hetzelfde als dat van Robinson.

Dutch word "us"(ons) occurs in sets:

De populairste Engelse woorden 51 - 100
13. Object Pronouns