1. spoor
We moesten rennen om onze overstap te halen. Om twee voor half drie kwamen we aan op spoor één, en om één over half zou onze trein vertrekken van spoor achttien.
Neem om het even welke trein op spoor 5.
Dutch word "trace"(spoor) occurs in sets:
48. Crime (2)2. speuren
Dutch word "trace"(speuren) occurs in sets:
2 - Nederlands in gang A23. nagaan waar het vandaan komt
Dutch word "trace"(nagaan waar het vandaan komt) occurs in sets:
Of course! 6vwo U6 EN-NL