Romanian Dutch Dictionary

limba română - Nederlands, Vlaams

grup in Dutch:

1. band band


Kan je die lekke band nu herstellen?
Hij heeft de banden met zijn familie doorgesneden.
Geef mij de band alstublieft morgen terug.
Haar favoriete band is Warpaint.
Heeft u misschien een emmer water voor mij? Ik heb een lekke band.
De Melkweg is zichtbaar als een gigantische band van ver verwijderde sterren, elk op zich een zon zoals onze eigen zon.
Mijn fiets heeft een lekke band.
De band is lek.

2. groep groep


Telkens als die groep probeert om aan een sessie deel te nemen, slagen ze er helaas niet in.
Een groep jongeren speelt handbal op het speelplein.
Ik had niets met die groep te maken.
Ik zou me graag bij jullie groep aansluiten.
De gitarist van Bang wordt volgens een aankondiging door de woordvoerder van de groep voor de tweede keer vader.
Vroeger, toen ik nog op turnen zat, heb ik ooit eens mijn enkel verstuikt toen ik alleen een flikflak probeerde te doen. Ik had dat nog nooit alleen gedaan, maar ik durfde geen hulp te vragen, omdat ik net in een nieuwe groep zat en nog niemand kende.
Ik speel in een groep.
In de laatste vergadering van onze groep hebben we gediscussiëerd over organisatieproblemen.
Soms wil ik alleen bergklimmen, op andere momenten wil ik het in groep doen.
Deze lijst geeft ook de vroegere leden van de groep.