podręcznik in Dutch:

1. Cursusboek

Dutch word "podręcznik"(Cursusboek) occurs in sets:

przedmioty szkolne

2. het handboek

Dutch word "podręcznik"(het handboek) occurs in sets:

De opleiding (H11+ H4)

3. de handleiding

Dutch word "podręcznik"(de handleiding) occurs in sets:

Woordenlijst van Thema 6

4. handboek

5. het cursusboek

Dutch word "podręcznik"(het cursusboek) occurs in sets:

sala, przedmioty