Polish Dutch Dictionary

język polski - Nederlands, Vlaams

niezbędny in Dutch:

1. noodzakelijk


Het is noodzakelijk dat iedereen zich aan deze regels houdt.
De bergen zijn niet noodzakelijk groen.
Ik zal de maatregelen nemen die mij noodzakelijk lijken.
Handwerk is noodzakelijk in dit bedrijf.

Dutch word "niezbędny"(noodzakelijk) occurs in sets:

Hoe ouder, hoe wijzer
Holenderskie słówka II
niderladzki 0-100

2. onmisbaar


Elke dag aan sport doen is onmisbaar voor een goede gezondheid.
Auto's zijn onmisbaar voor voorstedelingen.

Dutch word "niezbędny"(onmisbaar) occurs in sets:

expediteur 6
Rozmowa o pracę